Ze zijn het gezicht van de tuin en geven er dat mediterrane accent aan, “de Palmbomen”
Ze zijn als kleine boompjes geplant met de gedachte om er later in een hangmat onder te liggen.
Om één te zijn met de natuur, de zee en de wolken.
Vergeet het maar!!!
De
uitdrukking “Ik gun je veel personeel”, om aan te geven dat je dan gebukt kunt
gaan onder veel zorgen en narigheid, slaat nergens op. Nee, “ik gun je veel
palmbomen”, dat zaagt pas hout. Fout is natuurlijk dat ik me niet eerst heb
verdiept in de diverse palmensoorten. Zo heb ik een piepkleine “Washingtonia Robusta” bij het zwembad
geplant – je ziet links op de foto zijn stam -, die boom is inmiddels zo groot
dat ik hem met een ultra-groothoek nog niet helemaal op de foto krijg. Ik weet
nu dat ze 25 meter hoog worden en als je pech hebt zelf 30 meter, de naam “Robusta”
had me aan het denken moeten zetten. Ieder jaar moet er een mannetje inklimmen - met
ijzers onder zijn schoenen - om de dode bladeren af te snijden en de
stam te schillen. In de zomer is de bloei en vallen de uitgebloeide bloempjes
in het zwembad, waardoor het filter verstopt. In de herfst vallen er tientallen
kilo’s bessen vanaf, waardoor regelmatig de zwembadpomp in de soep draait. Het
terras wordt gitzwart van die bessen, zoals je op de foto kunt zien. Ieder dag
moet ik met een blazer die bessen weghalen,met een hogedrukspuit het zwart van
de tegels en met een schepnet de bessen uit het zwembad. Maar erger is dat die
bessen ook in de vijver vallen waardoor het water dood slaat en de vissen
stikken. De natuur zelf is dus eigenlijk niet natuurvriendelijk, ik was dan ook
van plan om die palm met een kraan weg te laten halen. Alleen er is iets tussen
gekomen…………
Van de week zat namelijk dit beestje in de tuin, de Palmsnuitkever of Rode snuitkever (Rhynchophorus ferrugineus) - in het Spaans Picudo rojo -. Haar larven hebben het voorzien op de andere palmbomen in de tuin zoals de Phoenix Canariensis en in mindere mate ook de Phoenix Datilifera.
De vraatzucht van deze larven is zo groot dat ze zelfs al spreekwoordelijk is, “Kevertje rood, palmpje dood”. De Palmsnuitkever werd voor het eerst ontdekt in de palmoase “Wadi Feran” in de Sinaï woestijn. Vervolgens verspreidde hij zich snel over het hele Middellandse Zeegebied. De rode kever is vrijwel onmogelijk te bestrijden. Vooral omdat de palmen vaak in openbare parken en langs boulevards staan, waar je niet met giftige middelen kunt spuiten. Inspuiten is wel geprobeerd, maar met een mager resultaat en tegen hoge kosten. Rondom de Palmsnuitkever is inmiddels een hele business ontstaan waar flink wat geld in omgaat. Ik ben bang dat we de palmbomen kunnen afschrijven en dat ik die hangmat niet hoef aan te schaffen.
Temeer omdat
een nog een Palmen-Killer bij mij in de tuin zit, namelijk de Palmmot (Paysandisia archon). Maar daar ben ik
pas achter gekomen nadat ik op zoek ging naar meer informatie over de Palmsnuitkever.
Ieder jaar in
Augustus heb ik allemaal van die leuke vlindertjes in de tuin en ik was daar
best een beetje trots op om dat ik dacht dat ik mijn tuin vlindervriendelijk
had gemaakt door de beplanting. Dat klopt ook wel maar niet de soort beplanting
die ik voor ogen had. Ik was zelfs pissig als de merels er één te pakken hadden
genomen, wat je kon zien aan de achtergelaten vleugeltjes op het terras. Ik
vond het wel raar dat ik ze niet in mijn vlinderboekje zag staan, maar daar
staan wel meer vlinders niet in. Dit schrijft Wiki erover;
De palmmot
(Paysandisia archon) is een nachtvlinder uit de familie van de Castniidae. De spanwijdte
is 9 tot 11 centimeter. Door zijn verschijning en doordat de soort overdag
vliegt wordt het dier makkelijk voor dagvlinder aangezien. De palmmot is
polyfaag op palmen.
De soort komt van oorsprong voor in Argentinië en Uruguay. Halverwege de jaren negentig van de twintigste eeuw is de soort geïntroduceerd in Frankrijk, waar hij waarschijnlijk met geïmporteerde planten is meegekomen. Sindsdien heeft de soort zich in Zuid-Europa verspreid en vormt daar een plaag voor palmen.
Ik weet het
zeker! mijn tuin gaat op de schop en ik maak een rotstuintje met vetplantjes en
cacteeën. Maar eerst maar eens informeren wat daar nu weer mis mee kan gaan. Hoewel
knotwilgen misschien ook niet zouden misstaan en het is eens wat anders.
Op het blog van Wonen in Spanje kun je meer lezen over de Palmsnuitkever.