Posts tonen met het label Putter. Alle posts tonen
Posts tonen met het label Putter. Alle posts tonen

zondag 17 juli 2011

Een dagje zonder zon

De meeste traditionele flamenco teksten gaan over de liefde (onbeantwoord), brood (te weinig) en de zon (teveel en te warm). Maar afgelopen week was er gelukkig aan de Costa-Blanca eens een dagje zonder die koperen ploert. Ideaal om te gaan fotograferen en ik besloot weer eens bij de Río Jalón te gaan kijken. Het eerste wat me opviel is dat de nieuwe aarden dam door de rivier al behoorlijk is aangetast en vrijwel zeker voor het einde van de komende winter is weggespoeld.  


En ondanks dat er nu nog nauwelijks water in de Río Jalón staat en het beetje water wat er nog staat vervuild is, zitten er toch behoorlijk wat vogels (voornamelijk jonge exemplaren). Voor de eerste keer zag ik er zelfs een IJsvogel (Alcedo atthis) rondvliegen en Grote keizerlibellen (Anax imperator) waren bezig om hun eieren af te zetten in het water.


Op de lange rietstengels zitten jonge Boerenzwaluwen (Hirundo rustica) die als een oudervogel overvliegt hun bekjes wijd opensperen, bedelend om voedsel. Ze eten muggen, motten, vliegen en kevertjes die ze al vliegend met hun brede snavel uit de lucht vangen. Water drinken doen ze ook tijdens de vlucht door laag over het water te scheren en dan het water met hun bek op te scheppen.

Ook zijn de jonge zwaluwen zich - vanaf de rietstengels – aan het bekwamen in het vliegen. Dat is van levensbelang want vanaf september trekken ze weg naar het Afrika beneden de Sahara. Slechts een klein aantal vogels overwinteren in Zuid-Spanje. De Boerenzwaluw is één van de weinige trekvogels die dwars over de Sahara vliegt, een serieuze test van fitheid en uithoudingsvermogen. In maart komen ze terug in Spanje en vanaf april zijn ze ook weer in België en Nederland te zien.


In Zuid-Europa leggen Boerenzwaluwen meer eieren en brengen ze meer legsels groot dan in Noord-Europa. De Boerenzwaluw komt voor in elk werelddeel met uitzondering van Antarctica. De Boerenzwaluwen die vanuit Noorwegen naar Zuid-Afrika trekken leggen maar liefst een afstand af van 9.600 kilometer. 2.011 is in Nederland het jaar van de Boerenzwaluw.


Op de omliggende velden bij de rivier zag ik ook een heel stel putters (Carduelis carduelis) – jong en oud door elkaar – zoals je op de foto kunt zien doen ze hun andere naam van distelvink alle eer aan. De zaden van de distels vormen een groot gedeelte van hun voedsel.

Heerlijk zo’n dagje zonder zon! Maar helaas van korte duur want vandaag werd het 35 graden.

vrijdag 28 januari 2011

De vogels van de Riu Jalón – Las aves del Río Jalón

Zoals ik al schreef in het vorige bericht zitten er heel wat vogels langs de Riu Jalón in de Marina-Alta. Van enkele vogels, die op of langs de rivier zitten, kon ik foto’s maken.

Een jonge Boerenzwaluw (Hirundo rustica) schreeuwt om nog meer insecten, zodra hij die heeft gekregen gaat zijn snavel weer open en schreeuwt hij om nog meer. De oudervogels vliegen de gehele dag af en aan en komen nauwelijks aan rust toe.
De Vink (Fringilla coelebs) is een liefhebber van de bessen die langs de oevers hangen. Eet ’s Zomers ongewervelde dieren en zaden en ’s Winters voornamelijk zaden en vruchten.



De Blauwe reiger (Ardea cinerea)- op de foto een jong exemplaar – vind altijd wel iets van zijn gading. Van vissen tot ratten, jonge eenden en konijnen.
De Europese kanarie (Serinus serinus) komt naar de rivier om te drinken, te baden en om de zaadjes uit de riethalmen te halen.
De Groenling (Carduelis chloris ) moet het hebben van de zaden van laaggroeiende planten maar eet ook insecten.
De Iberische tjiftjaf (Phylloscopus ibericus) vangt o.a. muggen en muggenlarven.
De Zuidelijke klapekster (Lanius meridionalis) is niet zo’n gezellig vogeltje, zijn naam is afgeleid van het Latijnse woord lani wat slager of vleeshouwer betekent. Hij verorbert insecten, hagedissen, muizen en kleine vogels. Klapeksters spietsen hun prooien vaak levend en wel vast aan een takje als voedselvoorraad.
De Kleine zwartkop ((Sylvia melanocephala ) eet insecten en spinnen, in het najaar ook bessen en andere vruchten. Dit voedsel is volop aanwezig langs de rivier.
De Zwartkop (Sylvia atricapilla) eet insecten en bessen en foerageert meestal in bomen en struikgewas, maar komt ook wel op de grond.
De Roodborst (Erithacus rubecula) heeft als voedsel ongewervelden, zaden en vruchten. Foerageert voornamelijk op de grond, pikt hierbij ook onstuimig in de grond om ondergrondse prooi op te sporen. Jaagt soms vanaf een lage uitkijkpost.
De Zwarte roodstaart (Phoenicurus ochruros) [foto boven een mannetje, foto beneden een vrouwtje] Eet ongewervelden en vruchten, zit vaak op een uitkijkpost en hipt en rent rond als een Tapuit. Vangt ook vliegende insecten in de vlucht.

De Putter (Carduelis carduelis) eet voornamelijk zaden maar vooral ’s zomers ook insecten.
De Witte kwikstaart (Motacilla alba) Eet voornamelijk insecten en andere kleine ongewervelden.Jaagt op de grond, rent achter prooi aan en vliegt vaak klein stukje op om prooi in de lucht te vangen.
De Grote gele kwikstaart (Motacilla cinerea) eet voornamelijk ongewervelden; foerageert lopend en maakt korte sprintjes, vliegt soms even op om insect uit de lucht te pikken. Vangt ook kikkervisjes en kleine visjes.
De Roodkopklauwier (Lanius senator) eet voornamelijk grote insecten. Is meer insectivoor dan de Zuidelijke klapekster, maar eet ook wel kleine ongewervelden. Jaagt vanaf zitplaats net als de andere klauwieren.
Related Posts Plugin for WordPress, Blogger...