Als ik zaterdagmorgen naar buiten loop
zie ik dat het een beetje bewolkt is, ideaal om weer eens naar de
Marjal de Pego-Oliva te gaan want daar ben ik al geruime tijd niet geweest. Nu
ligt de Marjal de Pego-Oliva op slechts 35 kilometer van mijn huis maar door de
invloed van de bergen ziet het weer er daar soms heel anders uit dan waar ik
woon en dat is ook nu het geval. Er is volop zon in de Marjal met alleen boven
de bergen wat wolken. Maar gelukkig komt er in de loop van de dag wat
sluierbewolking opzetten die het keiharde zonlicht wat zachter maakt.
De rijstplanten staan al behoorlijk hoog in de Marjal
en er is ook voldoende water.
De eerste vogel die ik kan fotograferen is een Zwarte Ibis (Plegadis falcinellus), een vogel die ik nooit eerder in de Marjal
ben tegengekomen. Normaal zie je de Zwarte Ibis met meerdere soortgenoten maar
deze is alleen en blijft constant op vrijwel dezelfde plek foerageren.
Her en der liggen er in de rijstvelden nesten
van Steltkluten (Himantopus himantopus), van alle
aanwezige vogels maken zij de meeste herrie. Ze bewaken hun nesten goed en gaan
onder luid gekrijs onmiddellijk op de wieken als ze een indringer menen te zien.
De Kluut (Recurvirostra avosetta),
een lid van dezelfde familie, heb ik ook nog nooit in de Marjal gezien. Maar
misschien komt dat omdat ze meer van brak en zout water houden.
Ook zie ik deze keer geen enkele roofvogel
en ook van de Blauwe
reiger (Ardea cinerea) zie ik maar
enkele exemplaren, terwijl het er in de winter vol mee zit. Van de Kleine
zilverreigers (Egretta garzetta) zitten
er tientallen en er vliegt zelfs een Woudaap (Ixobrychus minutus) over.
De Purperreiger (Ardea purpurea)
is wel goed
vertegenwoordigd in de Marjal, ik tel vele exemplaren van deze zomergast. Op
het aangeslibde wier in de vaarten zitten ook heel wat jonge Iberische kwikstaarten
(Motacilla flava iberiae), ze rennen
vliegensvlug achter allerlei insecten aan en hoewel ze nog jong zijn doen ze
dat niet om mee te spelen. Één van de kwikstaarten heeft een nylondraad uit
zijn snavel hangen met waarschijnlijk een ingeslikt vishaakje. Helaas zie ik
regelmatig vogels die haken hebben ingeslikt of verstrikt zitten in netten of
visgerei, vooral aalscholvers zijn vaak het slachtoffer.
Tegen de tijd dat ik naar huis ga
zie ik nog een Steenuiltje
(Athene noctua) op het dak van een
oude schapenkraal zitten, hij doet net of hij me niet ziet maar heeft me wel
degelijk in de gaten.
Als ik binnendoor terug naar huis rij
zie ik langs de rivier bij
Jávea een vogel - ongeveer zo groot als een Kauw - op een elektriciteitkabel
zitten. Ik stop om eens goed te kijken en het blijkt een heuse Scharrelaar (Coracias garrulus) te zijn.
Één van de kleurrijkste vogels die we in Europa hebben. In augustus of september
vertrekt hij al weer naar tropisch Afrika om in april of mei weer terug te
keren naar zijn broedgebied.
Het was een fijn dagje
met heel wat verschillende
soorten. Vooral met de Scharrelaar ben ik blij want je komt ze haast niet meer
tegen. In Nederland zijn er tussen 1800 en 1996 slechts 62 bevestigde waarnemingen
van de Scharrelaar gedaan.